5 do's & dont's voor kantoorverlichting

DO: LICHTBEREKENING

Maak een lichtberekening, altijd. In Nederland hebben we zelfs een norm (Nen-norm) voor de lichtsterkte op de werkplek. Standaard kantoorwerkzaamheden vereisen 500 lux en dit wordt lang niet altijd bereikt in kantoren met oude tl-armaturen.

DO: UGR CHECKEN

Hoofdpijn willen we absoluut voorkomen op het werk. Check daarom de verblindingswaarde (UGR) van je nieuwe verlichting voor dat je het aanschaft. De UGR vertelt je de verblindingsfactor, als deze gelijk aan of lager is dan 21 zit je goed. Wil je echt zeker weten dat je verlichting geen storende factor is op de werkvloer kies dan voor UGR <19. De lagere verblindingsfactor voorkomt dat je verblind wordt door de schittering van het licht bij het kijken door ruimte.

DO: ENERGIE BESPAREN

Leuk zo’n investering... terugverdienen is leuker. Bij het vervangen van conventionele verlichting naar led bespaar je al snel meer dan 50% op de energierekening. Let op de lumen-watt verhouding bij aanschaf van led verlichting. Des te hoger de lumen-watt verhouding, des te lager wordt je energierekening. Een duurder armatuur kan dus op termijn goedkoper zijn! Tip, ga niet lager dan 100 lumen per watt.

DON’T: LAAGSTE PRIJS

Goedkoop kan duurkoop zijn. Zorg ervoor dat je aandacht besteed aan alle do’s bij aankoop, achteraf klachten krijgen als hoofdpijn en vermoeidheid wil je voorkomen. De productiviteit op kantoor gaat daarmee achteruit en dat kost je bedrijf een hoop kostbare tijd. Laat je niet verleiden door de goedkoopste keuze, check altijd de specificaties.

DON’T: LOSSE LAMPEN

Neem geen sfeerlampen die rondom niet afgeschermd zijn. De kans dat je er toch in kijkt is erg groot en dit zorgt voor vervelende afleiding tijdens je werkzaamheden. Wil je toch iets doen met sfeerverlichting, ga dan niet zelf aan de slag maar laat je ondersteunen door een lichtadviseur, vaak is een eerste advies gratis.